Het unieke en tevens meest opvallende gegeven aan deze game is het voorkomen van zowel Sonic als Mario. Deze twee iconen uit de industrie konden elkaar tot een paar jaar terug niet verdragen, wegens de bikkelharde strijd tussen Sega en Nintendo. Mario beleefde zijn avonturen steevast op de Nintendo-hardware, terwijl Sonic zijn Sega-achtergrond niet verloochende. Maar op een zeker moment ging het Sega niet meer zo voor de wind. Het Japanse bedrijf stopte daarom met het produceren van spelcomputers en focuste zich volledig op het ontwikkelen van games. En tja, een game moet je toch op een andere spelcomputer kunnen uitgeven, zo ook op de GameCube. En zo geschiedde, Sega bracht de Sonic-serie mede naar de Nintendo-hardware.
Nieuw is een Sonic-game op een Nintendo-platform dus absoluut niet. Wel nieuw is dat de blauwe, razendsnelle egel in eenzelfde game wordt vergezeld door oude aartsvijand Mario. Dit grote unicum bracht een net zo grote keerzijde met zich mee. De conservatieve Nintendo-garde vond dat Mario werd gebruikt om een stervende serie nieuw leven in te blazen en de conservatieve Sega-garde zou hun franchise nog liever zien wegebben dan dat Sonic samen met Mario de hoofdrol in een game zou vertolken. Toch was er een grote schare gamers die wel blij was met de aankondiging en wel heil zagen in dit project. Helaas blijkt dit op sommige vlakken ongegrond.
Mario & Sonic is namelijk niet veel meer dan een verzameling hyperactieve sporten. Van alle speelbare sporten zul je er best wat moeten bedienen door als een grote malloot met je Nunchuk-setup heen en weer te zwaaien. Neem de 100 meter sprint. Het starten is nog wel te doen en vereist nog wel wat timing. Nadat je uit de startblokken bent komt het er echter op neer dat je je armen in een serie onnatuurlijk snelle bewegingen op en neer moet bewegen. Is dit leuk? Ja, de eerste drie keer wel. Blijft het leuk? Nee, totaal niet! Het pure principe van een aantal van de sporten berust namelijk op airmashen (de Wii-variant op buttonbashen) en geenszins op andere persoonlijke kwaliteiten. Degene met de snelste armbeweging wint. De kans is dan ook groot dat je de dag na een avondje Mario & Sonic met knallende koppijn en spierpijn zit opgezadeld.
Godzijdank dat je deze negatieve bijwerking totaal niet overhoud aan anderen sporten als trampolinespringen, tafeltennissen en skeetschieten. Deze sporten vereisen namelijk wat meer andere vaardigheden dan zo snel mogelijk met je armen zwaaien. Zo zul je bij trampolinespringen enkel een klein zwiepje met de afstandsbediening omhoog moeten geven en de juiste knoppencombinaties indrukken. Dit werkt prima en is zo nu en dan best uitdagend. Skeetschieten zal ook een uitdaging vormen. Met een goed getimede druk op de knop zul je de grootte van het vizier bepalen, waarna je de kleiduiven als volleerd Duck Hunter uit de lucht moet knallen. Omdat deze sporten zo leuk en prettig werken is het best zuur dat andere sporten zo laagdrempelig zijn en enkel draaien om het zwaaien.
Maar je hebt niet alleen links- of rechtsaf, want er zijn sporten die de gulden middenweg tussen zwaaien en timing kiezen. Voorbeelden hiervan zijn de hink-stap-sprong en het hamerslingeren. Bij deze groep sporten zul je met je controller moeten zwaaien, alvorens je met een welgetimede druk op de knop of een kleine zwieper met de controllers de juiste actie verricht. Die combinatie tussen twee elementen kan wat mij betreft nog prima door de bocht. Toch moet het volleerde bochtenwerk worden overgelaten aan de zogenaamde Dream Events. Deze wedstrijdjes zijn het best te omschrijven als Mario Kart te voet en vormen één van de hoogtepunten uit heel het spel. Het heeft echter weinig met de Olympische Spelen van doen.
Want daar draait het toch om, de Olympische Spelen. Behaal gouden plakken en verbreek records op alle onderdelen. Kortom, versla de rest. Het verslaan van anderen is eigenlijk vooral leuk als je de game met meerdere echte mensen speelt. Op zo’n moment is het onwijs grappig om de rare capriolen van de ander te aanschouwen en af en toe zijn acties te verzieken door hem af te leiden. Ook zullen je niet-gamende vrienden deze game wel geinig vinden, mede door de lage instapdrempel die de game heeft. Het gegeven dat de game hét bekendste game-icoon, Mario (en in mindere mate Sonic), bevat zal ook behoorlijk uitnodigend zijn.
Wat verder direct uitnodigt tot spelen is de heerlijke sfeer. Pak wat sfeervolle elementen uit de Mario-serie, pluk wat ideetjes uit de Sonic-serie, koppel die aan één van de meest bekeken sportevenementen ter wereld en je hebt een onwijs toffe setting. Alles ziet er lekker vrolijk, doch cool uit en ook de graphics behoren niet tot de minste op Nintendo’s thuisplatform. Hier en daar zitten er nog wel wat karteltjes en onafgewerkte randjes in de beelden, maar hinderlijk zal het niet zijn. Ook de intro zit vol met (CGI-)beelden, maar kent daarnaast nog een heerlijke, volle soundtrack. Het is alleen een beetje jammer dat het bij één soundtrack blijft en dat de rest van de muziekjes op die soundtrack zijn gebaseerd, want wat meer van die mooie melodieën hadden er wel ingegaan.
Met mijn massale spiermassa en mijn wereldse uithoudingsvermogen zou een baan als atleet mij niet misstaan. Door een samenkomst van omstandigheden ben ik echter redacteur geworden, een baan die mij tot vandaag de dag steeds blijft verrassen en vermaken. Toch ben ik sinds kort atleet en wat voor één. Het is geen grap, ik ben houder van het Olympisch Record op zowel de 100 meter sprint als het speerwerpen. Hoe ik zo goed kom? Door mijn atletische coaches Mario en Sonic natuurlijk. Nu zul je wel denken: hoe komt die geluksvogel aan twee va die legendarische coaches? Heel simpel, ik ben namelijk in het bezit van het meest vermoeiende unicum in de gamesindustrie: Mario & Sonic at the Olympic Games.
Reacties (0)
Deel je mening over dit artikel met andere GameQuarter-lezers
Plaats een reactie
Reacties laden...